Kronijk der stad Purmerende bevattende der selver opkomste en voortgang, in handschrift door Albert Pietersz. Louwen, 18e eeuw
1796_Purm_Louw
Auteursgegevens
Naam | Albert Pietersz Louwen |
Geslacht | m |
Geboortedatum | 1722 |
Geboorteplaats | Purmerend |
Datum overlijden | 1798 |
Plaats overlijden | Purmerend |
Religie | gereformeerd |
Publieke rollen | Kerkmeester, wachtmeester, vroedschap o.a.; korporaal schutterij |
Beroep | Wijnhandelaar |
Inhoud van de tekst
Kroniekdelen
Voor de afzonderlijke delen van deze kroniek en verdere informatie, zie: 1796_Purm_Louw_01, 1796_Purm_Louw_02, 1796_Purm_Louw_03, 1796_Purm_Louw_04, 1796_Purm_Louw_05
Notities
Erika Kuijpers en Lianne Wilhelmus
Over de auteur
Albert Pieterszoon Louwen (1722-1798) was geboren als oudste zoon van een wijnhandelaar in Purmerend.[1] In 1742 deed hij belijdenis in de Gereformeerde Kerk. Albert werd net als zijn vader en oom Claes Albertszoon Louwen koopman in wijn en bekleedde net als zij verschillende openbare ambten in Purmerend.[2] Zo werd hij in 1749 corporaal in de schutterij, [3] later sergeant en dus als onderofficier lid van de krijgsraad van Purmerend,[4] kerkmeester in 1768[5] en in 1778 commissaris van huwelijkse zaken.[6] Toen zijn oom Claes in 1779 overleed, nam Albert meteen zijn plaats in de vroedschap in.[7] In 1788, tijdens de Oranjerestauratie, wordt de hele raad van Purmerend vervangen. De gematigd patriotsgezinde Louwen wordt naar eigen zeggen eervol ontslagen. Tijdens de Bataafse Republiek, in 1795 is Louwen inmiddels 73 jaar, wordt hij gekozen tot het nieuwe stadsbestuur en vertegenwoordigt hij Purmerend in de Vergadering van Provisioneele Representanten van het Volk van Holland die vanaf februari 1795 bijeenkomt in Den Haag.[8] In de eerste Nationale Vergadering die vanaf 1796 bij elkaar kwam, nam Louwen geen zitting.[9] Of hij in de laatste jaren van zijn leven nog politiek of bestuurlijk actief is geweest weten we niet. Op 17 augustus 1798 wordt Albert Louwen begraven in Purmerend.[10]
Over de opleiding van Louwen weten we niets. Als zoon van een koopman ligt het voor de hand dat hij bijvoorbeeld naar een Franse school is gegaan. Louwen maakt nooit gebruik van literatuur in het Latijn en er was in zijn jeugd ook geen Latijnse school in Purmerend. Het lijkt dan ook zeer onwaarschijnlijk dat hij aan een Universiteit heeft gestudeerd. Ook van een grand tour of andere verre reizen vinden we nergens een spoor in zijn geschriften. Daar staat tegenover dat hij heel veel leest en een selfmade historicus is geworden. Door zijn kroniek en andere aantekeningen te maken verwerft hij zich een positie als kenner van de lokale geschiedenis en instituties. Hij zal zijn kennis beschikbaar hebben gesteld aan de lokale politieke en intellectuele elite. Op die manier werd hij een van hen.
Louwen begint aan het eerste deel van de kroniek, een dikke band van bijna 600 pagina’s, in 1764, op 42-jarige leeftijd. In zijn voorbericht richt Louwen zich eerst tot zijn oom Claes Louwen, gewezen burgemeester van Purmerend die het wel echt ver heeft gebracht: Hij is gecommitteerde raad in de Staten van Hollland en West-Friesland en convooimeester van de admiraliteit van West- Friesland. Van zijn oom heeft hij geleerd hoe nuttig het bestuderen van de geschiedenis is voor eenieder die een bestuursambt ambieert.
Inhoud:
Het eerste deel van de kroniek beschrijft de geschiedenis van Purmerend op
basis van gedrukte historische werken, kronieken van omliggende gebieden en
oudere handschriften. Hij verwijst naar zijn bronnen in voetnoten.
Pagina 1-374 betreffen de jaren 1355 tot en met 1763. in het eerste deel).
Pagina 374-382 betreft het deel over de jaren 1764-1766 en kan worden bestempeld als contemporain.
Vanaf pagina 383 volgt een ‘vervolg der verbeterde Aentekeningen’ met opnieuw veel historische informatie over de periode 1699-1755, niet chronologisch opgeschreven.
Dan volgt er vanaf pagina 496 een ‘Register of Bladwijser’.
Deel 2 van de kroniek is gebonden in twee banden. Het eerste gedeelte beslaat de periode 1766-1774, het tweede deel de jaren 1775-1780
Aan deel 2 is Louwen in 1777 begonnen. Aanleiding en onderwerpen: Bezoek van Christiaan de Zevende, Koning van Denemarken, in 1768, in de zomer van 1773 ook bezoek van stadhouder Willem de Vijfde aan Purmerend. Verder verslag van de invoering van de nieuwe psalmberijming (1774), de grote overstroming door het doorbreken van de Zeevangsdijk ten oosten van de stad (1775) en de verschrikkelijke ontploffing bij de kruitmolen (1776).
Deel 3 is eveneens gebonden in twee banden. Het eerste gedeelte gaat over de jaren 1775-1788, het tweede over de jaren 1788-1796.
Het derde kroniekdeel is sterk gericht op politieke ontwikkelingen in Purmerend. Louwen is een uitgesproken patriot. In deze periode schreef hij ook zijn ‘Politieke Aantekeningen’ (zie onder). Het derde deel beschrijft de opkomst van de patriotten in Purmerend gevolgd door de Oranjerestauratie in 1787.
Overige handschriften van de auteur in het Noord-Hollands Archief:
Louwen, Albert Pietersz. ‘Berijmde Digtstukken op de toestant van het Vaederland in den jaare 1784, 1785, 1786’, 18e eeuw. 143 Louwen, A. Pietersz., Collectie van inv. nr 23. Noord Hollands Archief Haarlem.
———. ‘Beschrijvinge van de Godsdiensten, Regering en Krijgsmacht der Vereenigde Nederlanden en de Provincie van Holland in ’t bijsonder’, 1760. 143 Louwen, A. Pietersz., Collectie van inv. nr. 1-3. Noord Hollands Archief Haarlem.
———. ‘Politieke aantekeningen, voornamelijk betreffende Purmerend, met enige aantekeningen over huwelijkse zaken binnen Purmerend’, 1784. 143 Louwen, A. Pietersz., Collectie van inv. nr. 4. Noord Hollands Archief Haarlem.
———. ‘Verzaemelingen van Politieke en Militaire Vaederlandsche Geschiedenissen voorgevallen in de jaren 1783-1788’, 1788. 143 Louwen, A. Pietersz., Collectie van inv. nr. 5-17. Noord Hollands Archief Haarlem.
[1] Louwen, ‘Kronijk der stad Purmerende, deel 1’ (Purmerend, 1766), Noord Hollands Archief Haarlem, 143 Collectie A. Pietersz Louwen, inv. nr. 18.
[2] Louwen, ‘Kronijk der stad Purmerende, deel 1’, f. 341. Hier noemt hij zichzelf als belastingplichtig wegens de ‘Consumptie en verkoop etc. van Wijn en Brandenwijnen’ in 1750. In deel 2, f.61 beschrijft hij hoe in de winter van 1767-68 de wijn in de oxhoofden in zijn pakhuis bevroor.
[3] Ibid., f. 327: hier vinden we zijn naam in het lijstje corporaels van het Blauwe Vaandel.
[4] Louwen, ‘Kronijk der stad Purmerende, deel 2 eerste gedeelte’, (Purmerend, 1774), Noord Hollands Archief Haarlem, 143 Collectie A. Pietersz Louwen, inv. nr. 19, f. 16.
[5] Louwen, ‘Kronijk der stad Purmerende, deel 3 tweede gedeelte’, (Purmerend, 1796), Noord Hollands Archief Haarlem, 143 Collectie A. Pietersz Louwen, inv. nr. 22 f. 234.
[6] Louwen, ‘Politieke Aantekeningen’.
[7] Louwen, ‘Kronijk der stad, deel 3, eerste gedeelte’ (Purmerend, 1788), 570, Noord Hollands Archief Haarlem 143 Collectie Louwen inv. nr. 21.
[8] De geëxtendeerde notulen, behelzende de decreeten van de vergadering der provisioneele representanten van het volk van Holland. Zints XXVI. jann. - XXVIII. febr. MDCCXCV. (Dordrecht: Hendrik de Haas, 1795), 21.
[9] Namens Purmerend waren afgevaardigd Dirk Wormer en Simon Schermer. Joris Oddens, Pioniers in schaduwbeeld: het eerste parlement van Nederland 1796-1798 (Nijmegen: Vantilt, 2012), Bijlage xxx.
[10] Waterlands Archief, 0772 DTB’s Purmerend, inv.nr. 59: Begraven Impost klasse 1-4, 1734-1805; 1807, fol.152.
Literatuur
Smith, Eleanor L T, Lianne Wilhelmus, Erika Kuijpers, Alie Lassche, en Roser Morante. ‘Identifying Copied Fragments in an 18th Century Dutch Chronicle’. In Proceedings of the 13th Conference on Language Resources and Evaluation (LREC 2022), 5865-78. Marseille: © European Language Resources Association (ELRA, 2022. http://www.lrec-conf.org/proceedings/lrec2022/pdf/2022.lrec-1.631.pdf.
Kuijpers, Erika. ‘De informatiebronnen van Albert Louwen (1722–1798), kroniekschrijver te Purmerend’. In Makelaars in kennis. Informatie verzamelen, verwerken en verspreiden in de vroegmoderne Nederlanden, onder redactie van Erika Kuijpers en Gerrit Verhoeven, 131-58. Nieuwe Tijdingen. Leuven: Leuven University Press, 2022. https://doi.org/10.2307/j.ctv2q49zx2.8.