Aantekeningen in chronologische volgorde, bijgehouden tot 1813; geslachtsregister van de nakomelingen van Karte Cornelisz. Dekker (1813)
1813_Zaan_Dekk
Dekker, Cornelis Kartensz. ‘Aantekeningen in chronologische volgorde, bijgehouden tot 1813; geslachtsregister van de nakomelingen van Karte Cornelisz. Dekker (1813)’. Zaandam, 1813. Bibl. 8G18 (16153). GA Zaanstad. https://hdl.handle.net/21.12112/13D89927F31E4645B8974A6E10BA25CF.
Auteursgegevens
Naam | Cornelis Dekker |
Geslacht | m |
Geboortedatum | 1741 |
Datum overlijden | 1816 |
Religie | mennoniet |
Beroep | Onduidelijk, heeft veel banen voor korte tijd gehad |
Inhoud van de tekst
Beschreven begin | 34 |
Contemporain begin | 1766 |
Plaats onderwerp | Zaandam |
Notities
Met dank aan Sean Yvory
Cornelisz Kartens Dekker was doopsgezind en een vroom man. Hij was lid en vrijwilliger van de kerk van de doopsgezinde gemeente Westzaandam. In de kroniek zijn verwijzingen naar God en de Kerk terug te lezen. Ook citeert Dekker regelmatig passages uit de Bijbel. Hij ziet allerlei religieuze verbanden met natuurverschijnselen en ziet de paalwormenplaag waar hij over schrijft ook als een straf van god.
Terwijl zijn vader is gedoopt en overleden in Koog aan de Zaan, is Cornelis Kartensz Dekker gedoopt in Westzaandam. Dit wijst op een verhuizing, maar zijn woonplaats is altijd in de Zaanstreek geweest. Hier is hij ook overleden, in Zaandam.1 Aan de hand van de kroniek is niet te achterhalen wat het precieze beroep van Dekker was, maar veel geld had hij zeker niet. Hij betaalde de laagste belastingen, moest op zondagen een baantje als orgeltrapper in de doopsgezinde vermaning Het Nieuwe Huis aannemen, stond in de Registres Civiques als laboureur (arbeider of los arbeider) geregistreerd en betaalde geen belasting toen hij in 1768 met Maartje Helmricks Abrams trouwde. Waarschijnlijk had hij alleen de lagere school afgerond.2
Zijn 354 bladzijden tellend journaal begint in het jaar 34 na Christus, als
hij Stephanus, de eerste martelaar, ten tonele voert, en eindigt in 1813, bij
de bevrijding van Holland van de Franse troepen. Daartussen is het een bonte
kermis van religieuze, economische, politieke en andere
aantekeningen.3 In de kroniek staan ook gedichten: naar alle
waarschijnlijkheid schreef Dekker deze zelf. Het is aannemelijk dat hij
hiernaast meer gedichten heeft geschreven.
De kroniek lijkt te bestaan uit verschillende delen die vaak lijken te zijn
geschreven in een korte periode en niet bestaan uit korte opeenvolgende
stukjes. Dekker vermeldt zijn bronnen niet, maar veel delen van de kroniek
lijken letterlijk overgeschreven teksten te zijn van andere bronnen, zoals het
wonderverhaal van Grietje Klaas en aangehaalde tekst uit een mercuur.
Gezien het feit dat dat Cornelis Dekker in 1741 is geboren, dateren zijn vroegste persoonlijke aantekeningen waarschijnlijk uit 1759 of 1760, waarin de koude winter wordt beschreven wanneer het IJ bevroren is en hij melding maakt van het volgende: “den 27 [januari, 1760] sijnse nog over t ij geloopen na amst[erdam]”. In de besproken jaren daarvoor zijn ook aantekeningen gemaakt van grote publieke gebeurtenissen die ook uit mediabronnen gehaald konden worden.4 Een andere mogelijke startdatum is 1766 waarin Dekker schrijft over de installatie van stadhouder Willem V en over een brand ontstaan door bliksem waarover hij een rijmpje heeft geschreven waarin hij een verbinding legt met goddelijke interventie. Volgens de informatie van Rudolf Dekker et al. begint Dekker de kroniek te schrijven in 1766.5 Of het hier gaat over het jaartal 1766 of de door Dekker beschreven aantekeningen in het beschreven jaar 1766 is onduidelijk, net als waaruit dat precies moet blijken - al zal het waarschijnlijk gaan over het rijmpje dat Dekker zou hebben geschreven (“waar op ik dit onderstaande rympje gemaakt heb”).6 Volgens de zaanwiki begint de periode die Dekker zelf meegemaakt heeft pas in 1787, hierbij wordt echter niet vermeld waar dit op gebaseerd is.7
De tekst lijkt niet over een lange periode te zijn voorzien van notities maar in een kortere periodes te zijn geschreven. Wanneer het jaar 1805 wordt besproken wordt er geschreven:
“voors weet ik dit yaar niet meer te schryven
vermis er veel gepraadt werd maar wynig
dat waarheyd was als dat alles nog even
duer bleef ” 8
[1] Online database voor akten: https://www.wiewaswie.nl/nl/detail/32254750 (geraadpleegd 27 april 2020).
[2] Zaanwiki, Dekker, Cornelis Kartenszoon (ook: Cartenszoon) https://www.zaanwiki.nl/encyclopedie/doku.php?id=dekker2 (geraadpleegd 26 augustus 2023)
[3] Drs. G.J. Onrust, ‘s Levens felheid. Een onderzoek naar de leef- en belevingswereld van een laat 18e-eeuwse Zaandamse arbeider aan de hand van zijn journaal. Doctoraalscriptie geschiedenis Rijksuniversiteit Utrecht.
[4] Dekker, “Aantekeningen” (1813), Scan 172.
[5] Dekker, “Aantekeningen” (1813), Scan 100.
[6] R. Dekker, “Inventarisatie egodocumenten”. https://www.egodocument.net/egodocumententot1814-3.html (geraadpleegd 6-5-2020).
[7] Zaanwiki, Dekker, Cornelis Kartenszoon (ook: Cartenszoon) https://www.zaanwiki.nl/encyclopedie/doku.php?id=dekker2 (geraadpleegd 26 augustus 2023)
[8] Dekker, “Aantekeningen” (1813), Scan 104.
Literatuur
Drs. G.J. Onrust, ’s Levens felheid. Een onderzoek naar de leef- en belevingswereld van een laat 18e-eeuwse Zaandamse arbeider aan de hand van zijn journaal, doctoraalscriptie geschiedenis Rijksuniversiteit Utrecht.